Actieve monitoring

Afbeelding
Pictogram met vos



De actieve monitoring van ziekten bij in het wild levende dieren heeft als doel om de evolutie in verspreiding en prevalentie van ziekten in wildpopulaties op te volgen.

Actieve monitoring van Trichinella spiralis bij het everzwijn en de vos

De screening van everzwijnenvlees op Trichinella spiralis kadert in de voedselveiligheid en is dus een federale bevoegdheid. Natuur en Bos steunt de screening en kon de aanwezigheid van de parasiet al aantonen bij de Vlaamse vossenpopulatie in een samenwerking met het Instituut voor Tropische Geneeskunde en Dierengezondheidszorg Vlaanderen. Het feit dat de rondworm aanwezig is in het Vlaamse wildbestand, betekent dat er een reëel gezondheidsrisico is bij consumptie van vlees. Wie besmet varkensvlees, paardenvlees of everzwijnenvlees eet, kan trichinellose oplopen. De screening van everzwijnenvlees is daarom belangrijk en moet conform de federale wetgeving gebeuren. Wilt u toch varkens-, paarden- of everzwijnenvlees eten, let er dan op dat het altijd goed doorbakken is.

Staalname en analyse
Hebt u een everzwijn geschoten en wilt u het laten screenen op Trichinella? De jager kan een spierstaal zélf (of via zijn wildbeheereenheid) overmaken aan een erkend laboratorium. De kosten van de analyse zijn voor de jager.

Volgens het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) zijn de volgende laboratoria erkend voor de analyse van Trichinella:

  • Instituut voor Tropische Geneeskunde (ITG) in Antwerpen
  • Food Control in Wetteren
     

Geschoten everzwijn consumeren
Is het geschoten everzwijn goedgekeurd en wilt u het vlees consumeren? Meer informatie kan gevonden worden op de FAVV website. De afkorting ‘GHE’ verwijst naar wildverwerkingsinrichtingen waar geschoten wild gekeurd wordt. De code ‘GHE’ staat ook nog bij andere operatoren, maar dat zijn dan bv. slachthuizen, die gekweekt wild slachten, of uitsnijderijen die gekeurd vlees van wild verder verwerken. Let wel op: een erkende inrichting is niet verplicht om uw everzwijn aan te nemen. Sommige bedrijven specialiseren zich in bepaalde wildsoorten, werken met vaste jagers of verwerken alleen wild dat in het buitenland werd geschoten.

Natuur en Bos voerde in de winterseizoenen van 2011 en 2012 een monitoringsactie uit naar Trichinella spiralis bij vossen. De acties gebeurden in samenwerking met erkende wildbeheereenheden, Diergezondheidszorg Vlaanderen vzw (DGV), het Instituut voor Tropische Geneeskunde (NRL-ITG) en het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV). Bij de surveillance werden 614 vossenstalen geanalyseerd. Slecht één staal testte positief.

Bekijk de resultaten van de monitoring van 2011 en 2012.
 

Actieve monitoring van tekenencephalitis bij het everzwijn

In 2013 werd het TBE-virus in België voor de eerste keer aangetroffen bij wilde everzwijnen in Vlaanderen in een ziektebewaking van Natuur en Bos. In dat onderzoek werden antilichamen tegen TBEV aangetroffen in 10 van de 238 onderzochte bloedstalen van everzwijnen (4,2 %).

Vervolgens werden door Sciensano in 2017 circa 1599 teken vanuit alle provincies in België gescreend op onder meer het TBEV. Het virus werd echter niet aangetroffen bij die onderzochte teken.

In 2018 werden vervolgens in Vlaanderen de eerste menselijke gevallen van teken-encefalitis vastgesteld, die naar alle waarschijnlijkheid veroorzaakt zijn door een tekenbeet opgelopen in België (zogenaamde autochtone besmettingen). De identificatie van deze eerste gevallen in België was niet onverwacht aangezien de belangrijkste vector van TBEV (teek Ixodes ricinus) overal in het land aanwezig is, en gezien het virus al minstens sinds 2013 bij de wilde fauna circuleert.

Om de evolutie na te gaan van het voorkomen van het virus bij de wilde fauna vervolgde Natuur en Bos de screening van 2013 in 2020 met een nieuwe screening van 843 wilde everzwijnen uit Vlaanderen. Daarvan waren 81 dieren positief voor TBEV (zijnde 9,61%). De resultaten van dit onderzoek tonen een toename van de TBEV-prevalentie in het afgelopen decennium en wijzen verder op de noodzaak van een OneHealth-surveillance in België.
 

Actieve monitoring van Echinococcus multilocularis bij de vos en de muskusrat

De vossenlintworm of Echinococcus multilocularis is een lintworm die kan voorkomen bij dieren in het wild, zoals de vos. Ook de mens kan besmet worden door opname van de eitjes. Natuur en Bos voert periodiek een actieve monitoring van de vossenlintworm uit om de evolutie van deze parasiet in Vlaanderen op te volgen.

De recentste monitoring van de vossenlintworm bij de vos in Vlaanderen gebeurde in 2012-2014. Bekijk de resultaten van deze monitoring voor het jaar: 2012, 2013 en 2014.

Een overzicht van het voorkomen van de vossenlintworm bij de muskusratpopulatie in Vlaanderen in de periode 1994-2017 vindt u terug op deze pagina.

In 2025 wordt een nieuwe monitoring opgestart van de vossenlintworm bij de vos, de resultaten van deze monitoring zal je in 2026 hier terugvinden.
 

Toon op de webpagina enkel de aangeklikte paragraaf
0
Verberg introductie
0