De paaitijd is de periode waarin vissen zich voortplanten. Om het visbestand te beschermen mag u dan geen vissen meenemen. Daarom spreken we ook over de ‘gesloten tijd’.
De paaitijd loopt officieel van 16 april tot en met 31 mei. In deze periode warmt het water stilaan op en planten de meeste vissen zich voort.
In de paaitijd, van 16 april tot en met 31 mei, mag u enkel vissen in de wateren die zijn aangeduid in de tabel op p. 6-11 van het Reglement Openbare Visserij. Indien het water niet is aangeduid in de tabel, is het vissen in de paaitijd verboden!
Let op: de eigenaar of beheerder kan de toegang tot een water beperken door lokale toegangsregels op te leggen. Daardoor kan het vissen in de paaitijd toch verboden zijn. Op sommige plaatsen hebt u ook de expliciete toelating van de eigenaar nodig om er te mogen vissen.
Bijzondere voorwaarden
Als u vist in de paaitijd, moet u zich aan enkele specifieke voorwaarden houden.
- Laat elke vis die u vangt onmiddellijk en voorzichtig weer vrij in het water waar u hem gevangen hebt. Vissen bijhouden of vervoeren mag dus niet.
- Het gebruik van aasvissen (of delen van vis als aas) is verboden
- Het gebruik van kunstaas is wel toegelaten