
Via Projectsubsidies Natuur geven we een financieel duwtje in de rug om mee Europese natuurdoelen te realiseren (habitats en soorten) én een hogere natuurkwaliteit te ontwikkelen.
Voor de oproep 2025 wordt een budget van 2 miljoen euro voorzien. Dit bedrag kan nog aangevuld worden met middelen vanuit het GLB (Gemeenschappelijk Landbouwbeleid)
We mikken binnen deze oproep op projecten die focussen op realisatie van prioritaire habitattypes, natuurstreefbeelden en leefgebied voor soorten.
Projectaanvragen krijgen voorrang als ze daarbij:
- Inpassen in een bredere gebiedsgerichte of systemische aanpak
- Voldoende robuust zijn om bij te dragen tot het bereiken van een lokaal gunstige staat van instandhouding voor een prioritair habitat, natuurstreefbeeld of leefgebied voor soorten of systeemherstel in functie van natte natuur
- Reeds vertrekken vanuit een bestaand natuurbeheerplan
We besteden ook bijzondere aandacht aan projecten die daarbij ook doelstellingen realiseren met betrekking tot herstelfases in kader van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS).
Bekijk hieronder de opname van de infosessie over Projectsubsidies Natuur 2025 en download de presentatie (pdf - 1.67 MB)
Dien uw basisidee in voor 15 maart 2025. Dien uw definitieve projectvoorstel in voor 30 april 2025.
Opgelet, bekijk de gewijzigde voorwaarden voor het indienen van een basisidee onder procedure.
In de video hieronder ziet u hoe drie projecten met deze projectsubsidie aan de slag zijn gegaan en leggen de verantwoordelijke natuurliefhebbers uit hoe die projectsubsidie hen helpt.
Wat?
Concrete inrichtingsmaatregelen op het terrein die bijdragen aan:
Europese natuurdoelen
- de natuurdoelen (doelen voor habitats en soorten, prioritaire inspanningen) opgenomen in een besluit voor de Specifieke Instandhoudingsdoelstellingen (S-IHD) voor de betrokken speciale beschermingszone (SBZ) (zie Natura 2000gebieden)
- of goedgekeurde soortenbeschermingsprogramma’s voor Europees te beschermen soorten
- of leefgebied (binnen of buiten SBZ) van een van de Europees te beschermen soorten
- of het bereiken van de gunstige staat van instandhouding (GVI) van boscomplexen voor projecten met betrekking op bestaand boshabitat buiten SBZ
Als het project mikt op een hogere natuurkwaliteit, maar niet rechtstreeks bijdraagt aan de realisatie van de Europese natuurdoelen dan zijn de maatregelen:
- geen beletsel voor de realisatie van lokaal gestelde oppervlakte- en kwaliteitsdoelen voor de habitat(s) binnen een SBZ
- in functie van een habitattypische soort of een Vlaamse prioritaire soort (bijlage 8 Vlaams Natura 2000-programma) als de maatregel expliciet als soortgericht wordt voorgesteld, of een regionaal belangrijk biotoop of vegetatie van regionaal belang, of een mozaïeklandschap of onbeheerde climaxvegetatie
- of in functie van natte natuur zoals hieronder vernoemd
Projecten die in kader van IHD of daarbuiten natte natuur realiseren of herstellen, omvatten volgende maatregelen:
- herstel van de oorspronkelijke/natuurlijke kenmerken van wetlands (moerassen, broekbossen, natte graslanden, slikken en schorren en veengebieden)
- herstel van het hydrologisch functioneren van wetland
- aanleg van nieuwe wetlands waarbij waterconservering en natuurontwikkeling gecombineerd worden
Voor wie?
De projectsubsidieaanvraag wordt ingediend door een natuurlijk persoon, een privaatrechtelijk persoon of een lokaal bestuur, als beheerder of namens de beheerder (gevolmachtigde bij een gezamenlijk natuurbeheerplan).
(!) Let er bij uw online aanvraag goed op dat u met het juiste profiel inlogt.
Als de aanvrager niet de eigenaar is, voeg dan een volmacht toe met schriftelijk akkoord voor de projectsubsidieaanvraag en opmaak van het natuurbeheerplan. Een schriftelijke beheerovereenkomst die dezelfde akkoorden reeds afdekt, voldoet in dat geval ook. Inrichtingen op gronden van Vlaamse of federale overheden en instellingen komen slechts in aanmerking als er sprake is van een overdrachtsakte of duurzame overeenkomst waarbij het volledig beheer en het gebruik overgedragen werd.
De aanvrager is ook de begunstigde. Als de aanvraag ingediend wordt door een gevolmachtigde is deze bijgevolg de begunstigde.
Bedrag
De projectsubsidie wordt berekend op basis van de goedgekeurde en gerapporteerde kosten van de projectmaatregelen. Eventuele inkomsten van de uitvoering van het gesubsidieerde werk worden hiervan afgetrokken, met uitzondering van de inkomsten van de verkoop van gekapt hout.
Maximaal 10% van die kosten kan worden ingezet als overhead (indirecte kosten) voor de voorbereiding en begeleiding van de werken, met een maximumbedrag van 35.000 euro inclusief BTW.
Het totale bedrag dat voor subsidiëring wordt ingediend bedraagt ten minste 3.000 euro inclusief BTW.
Afhankelijk van het type natuurbeheerplan (type 2, 3 of 4) waarvoor men kiest, bedraagt de projectsubsidie 50%, 80% of 90%. Binnen speciale beschermingszones (SBZ) wordt de subsidie verhoogd tot respectievelijk 75%, 90% of 95% als het terrein en de inrichtingsmaatregelen PAS-relevant zijn. Indien PAS-relevant wordt de verhoogde subsidie slechts eenmalig in een beheerplanperiode (24 jaar) toegekend.
Voorwaarden
Natuurbeheerplan
De aanvrager beschikt op het ogenblik van de aanvraag van de projectsubsidie over een natuurbeheerplan van type 2, 3 of 4 (waarbij het project bijdraagt aan het realiseren van minstens één natuurstreefbeeld). Indien dit nog niet het geval is, wordt dit bij het projectvoorstel verduidelijkt.
Welke kosten komen in aanmerking
De subsidies worden gebruikt voor concrete realisaties op het terrein: eenmalige inrichtingswerken, natuurontwikkelingswerken, achterstallig beheer als noodzakelijk onderdeel van de inrichting, … Kunnen ook als projectkost ingebracht worden:
- archeologisch vooronderzoek, opmaak van een technisch verslag door een bodemsaneringsdeskundige (grondverzetsregeling), in de online aanvraag aan te duiden in de keuzelijst van activiteiten als ‘studie en onderzoek’ - hiervoor moet de factuur van deze kosten dateren van na het indienen van het basisidee.
- specifieke infrastructuur die onmisbaar is voor een duurzame realisatie van de inrichting (bijvoorbeeld tijdelijke werfwegen en rijplaten, een stuw, een beheerbrug als er geen andere toegang is, ...),
- de eventuele huur van materieel (gereedschappen of machines)
De projectmaatregelen worden niet door de aanvrager zelf uitgevoerd. De wetgeving overheidsopdrachten wordt gevolgd waar van toepassing. Waar niet van toepassing, worden minstens drie offertes opgevraagd.
Projectkosten komen alleen in aanmerking als er geen andere, specifiek daarvoor bestemde subsidiemogelijkheden zijn binnen het BVR van 14 juli 2017 en/of binnen Natuur en bos.
Deze subsidie kan samengevoegd worden met subsidies die vermeld worden in een andere wet of reglement tenzij die andere wet of reglement dit verbiedt en voor zover dit overeenstemt met de Codex Vlaamse Overheidsfinanciën. Gezamenlijke subsidies kunnen niet hoger liggen dan de totale kostprijs van de projectmaatregelen. In de subsidieaanvraag en rapportering na de uitvoering, vermeldt de aanvrager uitdrukkelijk of er beroep werd/zal worden gedaan op andere subsidies en om welk bedrag het gaat. Als hieruit blijkt dat de gezamenlijke subsidies hoger liggen dan 100% van de totale kostprijs van de projectmaatregelen, wordt de projectsubsidie natuur pro rata bijgesteld.
Deze subsidie kan niet samengevoegd worden met subsidies binnen het LIFE- of Interreg-programma waarvoor restfinanciering bestaat.
Projecten met als doel een gunstige staat van instandhouding bereiken of behouden van Natura 2000-habitats en -soorten in de Natura 2000gebieden en gebieden met een hoge natuurwaarde maken kans op cofinanciering vanuit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB).
Randvoorwaarden voor specifieke projectmaatregelen
- Exotenbestrijding kan enkel als onderdeel van een ruimer inrichtingsproject. Er wordt gekozen voor de meest effectieve aanpak, met een permanente oplossing voor het projectgebied. De nabehandeling/nazorg van een eerder uitgevoerd PSN project komt hierbij niet in aanmerking en wordt beschouwd als (onderhouds)beheer in kader van het natuurbeheerplan.
- Kosten voor achterstallig beheer als onderdeel van de terreininrichting, zijn enkel ontvankelijk voor zover er voor de percelen geen subsidies werden verleend in het verleden voor dezelfde beheerdoelen binnen de uitvoering van een beheerplan.
- Natuurverbindings- en ontsnipperingsmaatregelen moeten concreet vermeld zijn in het G-IHD of S-IHD-besluit of in een soortenbeschermingsprogramma (SBP).
- Voor projecten met afgravingen wordt in de aanvraag aangetoond dat de procedure grondverzet gevolgd wordt. Indien van toepassing, moet tegen 15 juni minstens de resultaten uit een verkennend bodemonderzoek, technisch verslag grondverzet, oriënterend of beschrijvend bodemonderzoek gekend zijn om de haalbaarheid en de projectkosten te kunnen beoordelen. Voor gekende risico’s (bijvoorbeeld vermelding in een aankoopakte, zichtbare ophogingen of afval) geldt dit in het bijzonder. Er mag geen saneringsplicht gelden op basis van een vastgestelde ernstige bodemverontreiniging met risico voor mens of milieu. In dit geval geldt het principe dat de vervuiler betaalt. Indien er sprake is van een historische bodemverontreiniging, toetst de aanvrager eerst de mogelijkheden voor cofinanciering af bij OVAM
- Op gronden met een vonnis voor een milieu- of stedenbouwkundige overtreding waarvoor een herstel of verdere inrichting mee opgenomen is in de subsidieaanvraag, komt de aanvraag enkel in aanmerking indien de aanvrager/begunstigde de overtreding niet zelf beging. In de aanvraag wordt bij de projectmaatregel de nodige info bezorgd om de aard van het vonnis, handhavingsmaatregel of overtreding en de aansprakelijkheid te verduidelijken.
Uitgesloten maatregelen of kosten
- aankoop van materieel (gereedschappen of machines)
- communicatiekosten
- voorzieningen voor toegankelijkheid en onthaal (slagbomen, klaphekjes, sassen, paden, infoborden, onthaalpoorten, ...)
- alle andere werken en kosten die geen deel uitmaken van de concrete terreinrealisatie
- het project of de projectmaatregel kan niet bestaan uit het uitvoeren van wettelijke verplichtingen (inclusief verplichtende voorwaarden en maatregelen in het kader van een omgevingsvergunning) en mag niet in strijd zijn met bestaande wetgeving
Procedure
Timing projectoproep
De aanvraag voor een projectsubsidie natuur verloopt via het online platform in twee fases.
De eerste fase is het indienen van een basisidee. Dit kan vanaf de projectoproep tot en met 15 maart 2025.
Wat verwachten we daarbij minimaal?
- Waar: een zo concreet mogelijke aanduiding van het projectgebied, met de percelen waarop gewerkt zal worden en hoe dit past in een bredere gebiedsgerichte of systemische aanpak (robuustheid).
- Wat: een beknopte opsomming van de beoogde habitatdoelen/natuurstreefbeelden, soorten en de eventuele link van de maatregelen met S-IHD, soortenbeschermingsprogramma, natuurbeheerplan, programmatische aanpak stikstof, natte natuurherstel …
- Wanneer: een voldoende concrete timing van de projectfases die de haalbaarheid van de uitvoering binnen de drie jaar verduidelijkt. Is hierbij al nagedacht over vergunningsnoodzaak, akkoorden van derden, tijdig bodemonderzoek en beschikbaarheid van een technisch verslag grondverzet?
- Risico’s: zijn er gekende milieudrukken aanwezig, verontreinigingen, etcetera die de uitvoering of realisatie van de projectdoelen kunnen belemmeren?
(!) Het is zeer belangrijk dat u de informatie voor elk van deze vragen kernachtig, duidelijk en gestructureerd aanbiedt bij uw aanvraag, om een beoordeling van uw projectidee mogelijk te maken.
Ontving u een gunstig advies voor uw projectidee? Dan kan u daarna uw definitieve projectvoorstel volledig, kwaliteitsvol en onderbouwd indienen.
Dit definitieve projectvoorstel moet u uiterlijk op 30 april 2025 indienen bij Natuur en Bos.
Natuur en Bos kan ontbrekende elementen uit de ingediende projectsubsidieaanvraag opvragen, deze levert u aan binnen de 30 dagen en uiterlijk op 15 juni 2025.
Selectie en beoordeling
De ontvankelijke projectsubsidieaanvragen worden beoordeeld volgens onderstaande criteria:
- Bijdrage van het werk of de werken aan de natuurdoelen voor habitats en soorten: 28% van de punten.
- Doelmatigheid van het werk of de werken (algemene aanpak en permanent karakter van de oplossing): 32% van de punten en minimaal de helft van de punten om geselecteerd te worden.
- Kosteneffectiviteit: 20% van de punten en minimaal de helft van de punten om geselecteerd te worden.
- De wijze van communicatie (verplichte minimale communicatie, en bijkomende communicatie initiatieven): 20% van de punten.
- er is minimaal communicatie van de resultaten met omwonenden en/of sectorcollega’s en een terreinbezoek
- bijkomende communicatieacties kunnen, afhankelijk van het project, relevant en waardevol zijn en in dat geval een hogere eindscore opleveren (voorbeelden: infomoment, publicatie, infopaneel, eigen of nieuwe communicatiekanalen, verbreding van de doelgroep, inpassen van het project in een bestaande actie, …)
De projecten worden gequoteerd en moeten minimaal 70% of 14/20 halen om geselecteerd te worden.
Bij beperkingen in budget worden de laagst gerangschikte projecten (laagste puntenscore) niet weerhouden. Bij een gelijke stand van de laagst gerangschikte projecten worden eerst de projecten die het laagst scoren op het criterium ‘Bijdrage van het werk of de werken aan de instandhoudingsdoelstellingen’ niet weerhouden, bij verdere gelijke stand op de selectiecriteria ‘Doelmatigheid van het werk of de werken’ en daarna ‘Kosteneffectiviteit’. Projecten die reeds vertrekken vanuit een goedgekeurd beheerplan kunnen hierbij hoger gerangschikt worden.
Verplichtingen na toekenning
De uitvoering van het project start ten vroegste na de officiële goedkeuring van het project en uiterlijk in 2026. De start van de werken wordt gemeld door een mail te sturen naar projectsubsidie-natuur@vlaanderen.be.
Het project moet volledig uitgevoerd zijn binnen de 3 jaar na de toekenning van de subsidie.
Ten laatste zes maanden na afloop van het project wordt de laatste betalingsaanvraag ingediend, samen met het inhoudelijke eindverslag en het financiële eindrapport.
1. Communicatie
Bij elke communicatie en op elk communicatiemiddel wordt aandacht besteed aan het juiste gebruik van logo’s en een verwijzing naar de overheid die de subsidies betaalt.
- Voor de projecten binnen deze oproep die volledig gefinancierd worden door Natuur en Bos kan u de correcte logo’s terugvinden op www.natuurenbos.be/over-ons/logos.
- Voor de projecten binnen deze oproep die voor de toegekende subsidie deels gefinancierd worden via het Europese landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) binnen het GLB (Gemeenschappelijk landbouwbeleid) gelden specifieke communicatieverplichtingen. Deze verplichtingen kan u nalezen op https://lv.vlaanderen.be/landbouwbeleid/plattelandsontwikkeling/communicatieverplichtingen-begunstigden.
Natuur en Bos neemt ook eigen initiatieven rond de communicatie over deze projecten.
2. Bekendmaking betalingsgegevens
Van de projecten binnen deze oproep die voor 43% van de toegekende subsidie gefinancierd worden via het Europese landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) binnen het GLB, worden volgende betalingsgegevens verzameld om bekendgemaakt te worden op www.belpa.be: naam, gemeente en postcode, omvang van de betaling, het type en de omschrijving van de gefinancierde maatregelen.
3. Natuurbeheerplan
Aanvragers die een toekenning ontvingen voor een project waarvoor het natuurbeheerplan type 2, 3 of 4 nog in opmaak is, dienen het definitieve ontwerpbeheerplan in bij Natuur en Bos binnen de drie jaar na goedkeuring van de projectsubsidie.
4. Uitbetaling van de subsidie
Om de uitbetaling (totaalbedrag in maximaal drie schijven) aan te vragen, maakt u gebruik van het digitale platform via de tabs voor rapportering en aanvraag van de uitbetaling. Welke bewijsstukken u bij de online rapportering moet toevoegen, vindt u in deze lijst. Hou deze bewijsstukken goed bij in de loop van de realisatie van uw project. Vergeet niet om dit uiterlijk zes maanden na afloop van het project volledig af te ronden.
Natuur en Bos voert op basis van het inhoudelijke eindverslag een terreincontrole uit.
Terugvordering van subsidies
De gemachtigde personeelsleden van Natuur en Bos en de Vlaamse overheid, en de door hen aangestelde personen kunnen ter plaatse een controle uitvoeren.
In bepaalde gevallen kan de subsidie teruggevorderd worden. Meer info vindt u in het artikel 13 van de Wet van 16 mei 2003, en artikel 9 van het besluit van 14 juli 2017. De subsidie wordt ook teruggevorderd als niet of onvoldoende werd voldaan aan de GLB-voorwaarden voor de programmaperiode 2023-2027.
Contact
Algemene administratie en screening basisideeën
- Yves Coppens
- Nele Hardies
- Céline Ghyselen
Mail ons op projectsubsidie-natuur@vlaanderen.be
Downloads
- Draaiboek aanvraag en rapportering (doc - 2.18 MB)
- Lijst natuurstreefbeelden (xls - 29 kB)
- Prioritaire acties (xls - 79 kB)
- Rapportering lijst verantwoordingsstukken (doc - 27 kB)
- Volmachtformulier (doc - 99 kB)
- Rapport INBO – robuustheid
- Handboek voor beheerders – habitats
- Handboek voor beheerder – soorten
- PAS gebiedsanalyses
Resultaten oproep 2024
Binnenkort worden hier de resultaten van de oproep 2024 gepubliceerd.
Tien jaar PSN: een terugblik
In 2024 bestond de Projectsubsidie Natuur 10 jaar. We zorgen dus al 10 jaar samen met heel wat partners over heel Vlaanderen voor meer en betere natuur. Om dat te vieren gingen we met enkele partners het veld op. Want zo'n projectsubsidie, hoe ziet dat er eigenlijk uit? En waar kunt u het allemaal voor gebruiken?
