Afbeelding
Hieronder leest u hoe u deel 2 tot 5 van uw natuurbeheerplan kunt indienen.
Natuurbeheerplan type één
Voor deel 2 tot 5 van het natuurbeheerplan van type één vult u per beheereenheid een standaardfiche in waarop zowel de inventarisatiegegevens als de beheerdoelstellingen en beheermaatregelen genoteerd worden. Hieronder vindt u standaardfiches naargelang het aanwezige vegetatietype. Indien nodig kunt u bijkomend een samenvattende tabel van de geplande maatregelen opstellen.
Als u in aanmerking komt voor een subsidie om het terrein toegankelijk te maken en te houden, voegt u bij uw beheerplan de goedgekeurde toegankelijkheidsregeling. Natuur en Bos zorgt dan voor de berekening van de subsidie en de toekenning ervan.
Voor het indienen van een natuurbeheerplannen type één kiest u zelf tussen deze twee werkwijzen:
Als u in aanmerking komt voor een subsidie om het terrein toegankelijk te maken en te houden, voegt u bij uw beheerplan de goedgekeurde toegankelijkheidsregeling. Natuur en Bos zorgt dan voor de berekening van de subsidie en de toekenning ervan.
Voor het indienen van een natuurbeheerplannen type één kiest u zelf tussen deze twee werkwijzen:
- Optie 1: u dient eerst deel 1 Verkenning in en stelt pas daarna de standaardfiches (deel 2 tot 5) op. U dient de standaardfiches in bij het aanspreekpunt voor natuurbeheerplannen in uw provincie.
- Optie 2: u dient het volledige natuurbeheerplan in één keer in ter goedkeuring. U kunt in het e-loket verkenning de ingevulde standaardfiches voor deel 2 tot 5 opladen.
Natuurbeheerplan type twee, drie of vier
Het opstellen en indienen van delen 2 tot 5 van deze types natuurbeheerplannen gebeurt via het e-loket Natuurbeheerplan type twee, drie en/of vier.
Bij het opstellen van een natuurbeheerplan via het e-loket Natuurbeheerplan kan u pas starten als u eerst een geodatabank oplaadt. Natuur en Bos stelt hiervoor een sjabloon ter beschikking voor een geodatabase in ArcGIS of een geopackage in QGIS, waarmee u op een eenvoudige manier GIS-lagen kan aanmaken met de deelnemende percelen, de inventarisatiegegevens, het globaal kader, de ecologische, sociale en economische visie, de beheerindeling en beheerobjecten met natuurstreefbeelden en beheermaatregelen, … inclusief de nodige informatie voor de berekening van beheersubsidies.
Volg voor het verder vervolledigen van de gegevens in het e-loket Natuurbeheerplan de volgende handleidingen:
Bij het opstellen van een natuurbeheerplan via het e-loket Natuurbeheerplan kan u pas starten als u eerst een geodatabank oplaadt. Natuur en Bos stelt hiervoor een sjabloon ter beschikking voor een geodatabase in ArcGIS of een geopackage in QGIS, waarmee u op een eenvoudige manier GIS-lagen kan aanmaken met de deelnemende percelen, de inventarisatiegegevens, het globaal kader, de ecologische, sociale en economische visie, de beheerindeling en beheerobjecten met natuurstreefbeelden en beheermaatregelen, … inclusief de nodige informatie voor de berekening van beheersubsidies.
- Download het sjabloon voor de geodatabase in ArcGIS (zip - 124 kB)
- Download het sjabloon voor de geopackage in QGIS (zip - 184 kB)
- Download de handleiding bij de geodatabase (ArcGIS) en de geopackage (QGIS) (pdf - 664 kB)
Volg voor het verder vervolledigen van de gegevens in het e-loket Natuurbeheerplan de volgende handleidingen:
- Handleiding natuurbeheerplan Deel 2 Inventaris (pdf - 273 kB)
- Handleiding natuurbeheerplan Deel 3 Beheerdoelstellingen (pdf - 687 kB)
- Handleiding natuurbeheerplan Deel 4 Beheermaatregelen (pdf - 598 kB)
- Handleiding natuurbeheerplan Deel 5 Opvolging (pdf - 498 kB)
- Vermeldt u de gegevens nodig voor de subsidieberekening in het sjabloon voor de geodatabase of geopackage, zoals eerder vermeld.
- Vult u de correcte gegevens in met betrekking tot de begunstigde of begunstigden in het e-loket Natuurbeheerplan.
Goedkeuringsprocedure deel 2 tot 5
Voor natuurbeheerplannen type één kan de indiener vrij kiezen tussen twee werkwijzen:
Groen = procedurestap bij Natuur en Bos
Oranje = procedurestap bij een andere instantie
Consultatie
Voor een beheerplan type één is er geen consultatie van het publiek vereist. Voor de natuurbeheerplannen van type twee, drie of vier organiseert de indiener zelf de consultatie.
Het ontwerp-natuurbeheerplan kan ter inzage gelegd worden, op de plaats zoals bepaald in deel 1 Verkenning. Dat kan zijn:
De indiener zorgt ervoor dat binnen dertig kalenderdagen na ontvangst van de volledigheidsverklaring de aankondiging van de consultatie bekendgemaakt wordt op de wijze zoals aangegeven in het goedgekeurde Deel 1 Verkenning: in minstens één regionale krant, via de gemeentelijke informatiekanalen en door aanplakking op een duidelijk zichtbare manier langs een of meer toegangswegen naar het terrein in kwestie.
In de aankondiging worden de volgende gegevens vermeld:
Vervolgens zorgt de indiener ervoor dat het ontwerp-natuurbeheerplan gedurende de consultatieperiode ter beschikking ligt op de vastgestelde plaats.
Tijdens deze consultatieperiode zal Natuur en Bos de informatie over de publieke consultatie en het ontwerp-natuurbeheerplan onder de vorm van een link naar het e-loket Natuurbeheerplan publiceren op de website. Beheerplannen die ingediend werden vooraleer het e-loket natuurbeheerplan gelanceerd werd worden nog onder de vorm van een pdf-bestand op de website gepubliceerd.
Iedereen die opmerkingen of bezwaren bij het ontwerp-natuurbeheerplan heeft kan die per mail of post sturen naar het aanspreekpunt voor de natuurbeheerplannen in de provincie waar het terrein gelegen is.
Advies van verschillende instanties
Na de volledigheidsverklaring - en in veel gevallen dus terwijl de consultatieperiode loopt - onderzoekt Natuur en Bos welke adviezen er gevraagd moeten worden. De indiener zelf hoeft daarvoor niets te doen.
De adviezen moeten verleend worden binnen de dertig kalenderdagen, zo niet kan aan de adviesvereiste worden voorbijgegaan.
Binnen de zeven kalenderdagen na afloop van de consultatieperiode en van de adviestermijn bezorgt Natuur en Bos een kopie van de ingediende opmerkingen, bezwaren en adviezen aan de indiener van het natuurbeheerplan.
Verslag consultatie- en adviesronde en aangepast ontwerp-natuurbeheerplan
De indiener krijgt dan negentig kalenderdagen de tijd om het ontwerp-natuurbeheerplan aan te passen. Bij een beheerplan dat ingediend is via het e-loket Natuurbeheerplan, kan hij de nodige aanpassingen aanbrengen via het e-loket Natuurbeheerplan. Hij mag alleen aanpassingen aanbrengen die gebaseerd zijn op of voortvloeien uit de ingediende opmerkingen, bezwaren en adviezen. De oppervlakte van het terrein mag niet uitgebreid worden. Bij onduidelijkheid over de nodige aanpassingen kan de indiener uiteraard informeel overleggen met Natuur en Bos om duidelijkheid te scheppen.
Bij het aangepast ontwerp-natuurbeheerplan voegt de indiener ook een verslag van de consultatie- en adviesronde. Daarin wordt het bewijs van de aankondiging van de consultatie opgenomen en ook de vermelding van de manier waarop en de reden waarom al dan niet rekening gehouden werd met de opmerkingen, bezwaren en adviezen.
Beslissing van Natuur en Bos over het natuurbeheerplan
Enkel voor een natuurbeheerplan type één en wanneer er bijkomend geen adviezen vereist zijn, beslist Natuur en Bos binnen zestig kalenderdagen na de volledigheidsverklaring.
Voor een natuurbeheerplan type één met adviezen en een type twee, drie of vier natuurbeheerplan neemt Natuur en Bos een beslissing binnen zestig dagen na de indiening van het verslag van de consultatie- en adviesronde en het aangepast ontwerp van het natuurbeheerplan.
Natuur en Bos beoordeelt het beheerplan op basis van de volgende elementen:
1. Zijn de beheerdoelstellingen en -maatregelen in het natuurbeheerplan in overeenstemming met:
2. Inhoudelijke criteria
3. Het verslag van de consultatie- en adviesronde
Bij goedkeuring van het natuurbeheerplan ontvangt de indiener het goedkeuringsbesluit. Daarin kunnen eventueel voorwaarden opgelegd worden over de uitvoering en de opvolging van het natuurbeheerplan.
Als het natuurbeheerplan niet goedgekeurd wordt, ontvangt de indiener een gemotiveerde beslissing over de onderdelen van het ontwerp van natuurbeheerplan die moeten worden gewijzigd.
De indiener heeft in dat geval opnieuw negentig kalenderdagen de tijd om een aangepast ontwerp natuurbeheerplan in te dienen. Daarna volgt binnen de zestig kalenderdagen opnieuw de beslissing van Natuur en Bos. Als het natuurbeheerplan niet tegemoetkomt aan de vereiste wijzigingen of als de termijn van negentig kalenderdagen overschreden wordt, dan wordt het beheerplan afgekeurd. De indiener krijgt dan via een aangetekende zending het bericht van de afkeuring.
De beheerder van het terrein kan een gemotiveerd beroep instellen bij de minister binnen een termijn van dertig kalenderdagen na de kennisgeving van de afkeuring van het natuurbeheerplan of de voorwaarden opgelegd bij de goedkeuring van het natuurbeheerplan.
- Optie 1: Deel 1 Verkenning wordt eerst ingediend ter goedkeuring en pas na de goedkeuring worden de standaardfiches (deel 2 tot 5) opgesteld
- Optie 2: Het volledige natuurbeheerplan wordt in één keer ingediend ter goedkeuring. In dat geval wordt enkel het tweede processchema gevolgd
Groen = procedurestap bij Natuur en Bos
Oranje = procedurestap bij een andere instantie
Afbeelding
Consultatie
Voor een beheerplan type één is er geen consultatie van het publiek vereist. Voor de natuurbeheerplannen van type twee, drie of vier organiseert de indiener zelf de consultatie.
Het ontwerp-natuurbeheerplan kan ter inzage gelegd worden, op de plaats zoals bepaald in deel 1 Verkenning. Dat kan zijn:
- Bij Natuur en Bos in het VAC (Vlaams administratief centrum) van de provincie waar het terrein ligt
- Bij de indiener
- Op een door de indiener en Natuur en Bos gezamenlijk te bepalen plaats in de omgeving van het terrein
De indiener zorgt ervoor dat binnen dertig kalenderdagen na ontvangst van de volledigheidsverklaring de aankondiging van de consultatie bekendgemaakt wordt op de wijze zoals aangegeven in het goedgekeurde Deel 1 Verkenning: in minstens één regionale krant, via de gemeentelijke informatiekanalen en door aanplakking op een duidelijk zichtbare manier langs een of meer toegangswegen naar het terrein in kwestie.
In de aankondiging worden de volgende gegevens vermeld:
- De ligging en de naam van het terrein waarvoor een natuurbeheerplan werd opgemaakt
- De plaats waar en de uren waarop het natuurbeheerplan kan worden ingezien
- De begin- en einddatum van de consultatieperiode (dertig kalenderdagen)
- De mededeling dat opmerkingen en bezwaren aan Natuur en Bos kunnen worden gericht
Vervolgens zorgt de indiener ervoor dat het ontwerp-natuurbeheerplan gedurende de consultatieperiode ter beschikking ligt op de vastgestelde plaats.
Tijdens deze consultatieperiode zal Natuur en Bos de informatie over de publieke consultatie en het ontwerp-natuurbeheerplan onder de vorm van een link naar het e-loket Natuurbeheerplan publiceren op de website. Beheerplannen die ingediend werden vooraleer het e-loket natuurbeheerplan gelanceerd werd worden nog onder de vorm van een pdf-bestand op de website gepubliceerd.
Iedereen die opmerkingen of bezwaren bij het ontwerp-natuurbeheerplan heeft kan die per mail of post sturen naar het aanspreekpunt voor de natuurbeheerplannen in de provincie waar het terrein gelegen is.
Advies van verschillende instanties
Na de volledigheidsverklaring - en in veel gevallen dus terwijl de consultatieperiode loopt - onderzoekt Natuur en Bos welke adviezen er gevraagd moeten worden. De indiener zelf hoeft daarvoor niets te doen.
Wanneer | Adviesinstantie |
---|---|
|
Gemeente |
Overlap met een risico-overstromingsgebied | Beheerder van de betrokken waterweg |
Beschermd onroerend goed of ligging in erfgoedlandschap | Agentschap Onroerend Erfgoed |
In agrarisch gebied: indien betekenisvolle aantasting van de agrarische structuur mogelijk | Afdeling Beleidscoördinatie en Omgeving (ABCO) van het Departement Landbouw en Visserij (= de vroegere afdeling ADLO Duurzame landbouwontwikkeling) |
De adviezen moeten verleend worden binnen de dertig kalenderdagen, zo niet kan aan de adviesvereiste worden voorbijgegaan.
Binnen de zeven kalenderdagen na afloop van de consultatieperiode en van de adviestermijn bezorgt Natuur en Bos een kopie van de ingediende opmerkingen, bezwaren en adviezen aan de indiener van het natuurbeheerplan.
Verslag consultatie- en adviesronde en aangepast ontwerp-natuurbeheerplan
De indiener krijgt dan negentig kalenderdagen de tijd om het ontwerp-natuurbeheerplan aan te passen. Bij een beheerplan dat ingediend is via het e-loket Natuurbeheerplan, kan hij de nodige aanpassingen aanbrengen via het e-loket Natuurbeheerplan. Hij mag alleen aanpassingen aanbrengen die gebaseerd zijn op of voortvloeien uit de ingediende opmerkingen, bezwaren en adviezen. De oppervlakte van het terrein mag niet uitgebreid worden. Bij onduidelijkheid over de nodige aanpassingen kan de indiener uiteraard informeel overleggen met Natuur en Bos om duidelijkheid te scheppen.
Bij het aangepast ontwerp-natuurbeheerplan voegt de indiener ook een verslag van de consultatie- en adviesronde. Daarin wordt het bewijs van de aankondiging van de consultatie opgenomen en ook de vermelding van de manier waarop en de reden waarom al dan niet rekening gehouden werd met de opmerkingen, bezwaren en adviezen.
Beslissing van Natuur en Bos over het natuurbeheerplan
Enkel voor een natuurbeheerplan type één en wanneer er bijkomend geen adviezen vereist zijn, beslist Natuur en Bos binnen zestig kalenderdagen na de volledigheidsverklaring.
Voor een natuurbeheerplan type één met adviezen en een type twee, drie of vier natuurbeheerplan neemt Natuur en Bos een beslissing binnen zestig dagen na de indiening van het verslag van de consultatie- en adviesronde en het aangepast ontwerp van het natuurbeheerplan.
Natuur en Bos beoordeelt het beheerplan op basis van de volgende elementen:
1. Zijn de beheerdoelstellingen en -maatregelen in het natuurbeheerplan in overeenstemming met:
- Europese natuurdoelen
- Managementplan Natura 2000
- Soortenbeschermingsprogramma’s
- Natuurrichtplan
2. Inhoudelijke criteria
- Type één: standstill-principe en zorgplicht
- Type twee, drie of vier: de criteria voor geïntegreerd natuurbeheer
3. Het verslag van de consultatie- en adviesronde
Bij goedkeuring van het natuurbeheerplan ontvangt de indiener het goedkeuringsbesluit. Daarin kunnen eventueel voorwaarden opgelegd worden over de uitvoering en de opvolging van het natuurbeheerplan.
Als het natuurbeheerplan niet goedgekeurd wordt, ontvangt de indiener een gemotiveerde beslissing over de onderdelen van het ontwerp van natuurbeheerplan die moeten worden gewijzigd.
De indiener heeft in dat geval opnieuw negentig kalenderdagen de tijd om een aangepast ontwerp natuurbeheerplan in te dienen. Daarna volgt binnen de zestig kalenderdagen opnieuw de beslissing van Natuur en Bos. Als het natuurbeheerplan niet tegemoetkomt aan de vereiste wijzigingen of als de termijn van negentig kalenderdagen overschreden wordt, dan wordt het beheerplan afgekeurd. De indiener krijgt dan via een aangetekende zending het bericht van de afkeuring.
De beheerder van het terrein kan een gemotiveerd beroep instellen bij de minister binnen een termijn van dertig kalenderdagen na de kennisgeving van de afkeuring van het natuurbeheerplan of de voorwaarden opgelegd bij de goedkeuring van het natuurbeheerplan.
Type vier erkenning als natuurreservaat
De goedkeuring van een natuurbeheerplan voor een natuurreservaat verloopt op dezelfde wijze als voor de andere natuurterreinen. Voor de erkenning als natuurreservaat moet het natuurbeheerplan nog aangevuld worden met enkele elementen.
Na de beoordeling van het natuurbeheerplan door Natuur en Bos volgt dan nog de erkenning als natuurreservaat door de minister.
Het is ook mogelijk dat eerst een natuurbeheerplan van type drie goedgekeurd wordt en dat er pas later gekozen wordt om het terrein toch te laten erkennen als natuurreservaat en dus over te stappen naar type vier.
Na de beoordeling van het natuurbeheerplan door Natuur en Bos volgt dan nog de erkenning als natuurreservaat door de minister.
Het is ook mogelijk dat eerst een natuurbeheerplan van type drie goedgekeurd wordt en dat er pas later gekozen wordt om het terrein toch te laten erkennen als natuurreservaat en dus over te stappen naar type vier.
Relatie met de toegankelijkheidsregeling
De bepalingen rond toegankelijkheid in het natuurdecreet (art. 12septies tot 12novies) zijn van toepassingen op volgende terreinen:
De toegankelijkheid van deze terreinen wordt vastgesteld in een toegankelijkheidsregeling, die niet strijdig mag zijn met de inhoud van het natuurbeheerplan.
In volgende gevallen hoeft geen toegankelijkheidsregeling te worden opgesteld:
In terreinen van type twee, drie of vier, waarvoor een natuurbeheerplan is goedgekeurd, geldt minstens een minimale toegankelijkheid op de wegen. Minimale toegankelijkheid impliceert bijvoorbeeld dat een terrein één of enkele keren per jaar of voor een bepaalde doelgroep toegankelijk kan zijn.
Het natuurbeheerplan en de toegankelijkheidsregeling (TR) zijn twee verschillende en op zichzelf staande documenten die dus elk afzonderlijk leesbaar moeten zijn. De inhoud van de TR mag niet in tegenstrijd zijn met de inhoud van het natuurbeheerplan. De goedkeuring van het natuurbeheerplan impliceert echter niet de goedkeuring van de toegankelijkheidsregeling. De finaliteit van beide documenten is ook verschillend in die zin dat het natuurbeheerplan in hoofdzaak een planning inhoudt tussen Natuur en Bos en de beheerder, en dat de toegankelijkheidsregeling een regeling inhoudt voor derden.
In de toegankelijkheidsregeling worden de bepalingen opgenomen voor het recreatief medegebruik door de burger. Via de TR moet de bezoeker dus op de hoogte worden gesteld van volgende facetten:
De TR bestaat uit twee delen:
Hier vindt u een sjabloon voor een TR.
In het natuurbeheerplan zelf wordt in Deel 3 onder de beheerdoelstellingen m.b.t. de sociale functie enkel een vermelding van de aard van toegankelijkheid opgenomen, waarbij er eventueel verwezen wordt naar de TR. In Deel 4 worden de beheermaatregelen opgenomen die in functie van recreatie nodig zijn (bv. onderhoud wegen, borden plaatsen, recreatieve infrastructuur, speelzone, dode bomen...).
- Openbaar terrein dat beheerd wordt ten behoeve van het natuurbehoud
- Bos
- Terrein dat beheerd wordt ten behoeve van het natuurbehoud en dat werd aangekocht of waarop een zakelijk of persoonlijk recht werd verworven, met subsidies in uitvoering van het natuurdecreet
De toegankelijkheid van deze terreinen wordt vastgesteld in een toegankelijkheidsregeling, die niet strijdig mag zijn met de inhoud van het natuurbeheerplan.
In volgende gevallen hoeft geen toegankelijkheidsregeling te worden opgesteld:
- Terreinen waar de toegankelijkheid beperkt blijft tot het verlenen van toegang voor voetgangers op de openbare en de private wegen
- Private terreinen waar het terrein ontoegankelijk is gesteld
In terreinen van type twee, drie of vier, waarvoor een natuurbeheerplan is goedgekeurd, geldt minstens een minimale toegankelijkheid op de wegen. Minimale toegankelijkheid impliceert bijvoorbeeld dat een terrein één of enkele keren per jaar of voor een bepaalde doelgroep toegankelijk kan zijn.
Het natuurbeheerplan en de toegankelijkheidsregeling (TR) zijn twee verschillende en op zichzelf staande documenten die dus elk afzonderlijk leesbaar moeten zijn. De inhoud van de TR mag niet in tegenstrijd zijn met de inhoud van het natuurbeheerplan. De goedkeuring van het natuurbeheerplan impliceert echter niet de goedkeuring van de toegankelijkheidsregeling. De finaliteit van beide documenten is ook verschillend in die zin dat het natuurbeheerplan in hoofdzaak een planning inhoudt tussen Natuur en Bos en de beheerder, en dat de toegankelijkheidsregeling een regeling inhoudt voor derden.
In de toegankelijkheidsregeling worden de bepalingen opgenomen voor het recreatief medegebruik door de burger. Via de TR moet de bezoeker dus op de hoogte worden gesteld van volgende facetten:
- Wie (= type gebruiker) mag het gebied bezoeken?
- Welke vorm van gebruik wordt toegestaan?
- Waar (op welke wegen/in welke zones) kan de gebruiker terecht?
- Wanneer kan de gebruiker het gebied bezoeken?
De TR bestaat uit twee delen:
- Toegankelijkheidskaart met alle toegankelijke wegen en zones
- Een omschrijving van de toegankelijkheid in relatie tot de bijbehorende toegankelijkheidskaart met tevens aanduiding van de periode van toegankelijkheid
Hier vindt u een sjabloon voor een TR.
In het natuurbeheerplan zelf wordt in Deel 3 onder de beheerdoelstellingen m.b.t. de sociale functie enkel een vermelding van de aard van toegankelijkheid opgenomen, waarbij er eventueel verwezen wordt naar de TR. In Deel 4 worden de beheermaatregelen opgenomen die in functie van recreatie nodig zijn (bv. onderhoud wegen, borden plaatsen, recreatieve infrastructuur, speelzone, dode bomen...).
Toon op de webpagina enkel de aangeklikte paragraaf
0
Verberg introductie
0